Kans op Ziekte van Lyme klein na tekenbeet

Als een teek binnen 24 uur op de juiste wijze wordt verwijderd, is de kans op het krijgen van de ziekte van Lyme vrijwel nihil. Dit blijkt uit een studie op Ameland, waar een huisartsenpraktijk 146 mensen volgde na een tekenbeet. De onder-zoekers publiceerden hierover in het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde.

De tekenfobie begint in ons land steeds grotere vormen aan te nemen. Dit is op zich niet vreemd, omdat het publiek ieder jaar op-nieuw via media en voorlichting nadrukkelijk wordt gewaar-schuwd voor het risico van een tekenbeet. Een teek kan de bacte-rie Borrelia burgdorferi bij zich dragen en overbrengen op de mens. Zo’n infectie leidt mogelijk tot de gevreesde ziekte van Lyme, waarbij problemen kunnen op-treden aan zenuwstelsel, huid, spieren, hart en/of gewrichten. Steeds meer mensen die een tekenbeet hebben opgelopen, raadplegen daarom een huisarts.

Risicogebied

Maar hoe groot is dat risico van het krijgen van de Ziekte van Lyme nu werkelijk? Die vraag wilde de huisartsenpraktijk in Ballum op Ameland beantwoorden via onderzoek bij eigen patiënten. Dit Waddeneiland is zeer geschikt voor een dergelijke studie omdat het wordt beschouwd als een van de risicogebieden in Nederland met veel besmette teken in bos-sen en duinen. Voor het onderzoek verwijderde de Ballumer huisarts-onderzoeker Dr. Jac Jacobs vanaf 2004 in drie jaar tijd 216 teken bij 167 men-sen. Dit deed hij op de standaard manier met een tekenpincet en in de meeste gevallen binnen 24 uur na de beet. De verzamelde parasieten stuurde hij voor on-derzoek naar het LVF (Laborato-rium voor de Volksgezondheid Friesland) en het RIVM (Rijksin-stituut voor Volksgezondheid en Milieu), waar analisten ze onder meer onderzochten op de aanwe-zigheid van Borrelia burgdorferi. Een op de vijf teken bleek daar-mee besmet, wat overeenkomt met de landelijke cijfers.

Interviews en bloedmonsters

Minimaal zes maanden na de be-handeling volgden telefonische interviews met de proefpersonen. Uiteindelijk deden 146 van hen mee aan deze ondervraging. Het laboratoriumonderzoek had aan-getoond dat van deze groep 28 procent was gebeten door een positieve teek. Zowel de inter-viewer als de patiënten waren daarvan niet op de hoogte. De vragen betroffen verschijnselen die duiden op de Ziekte van Lyme, zoals een ringvormige verkleu-ring van de huid – erythema mi-grans – op de plek van de teken-beet, griepachtige verschijnselen, pijnlijke gewrichten, dubbelzien, neiging tot flauwvallen en hart-ritmestoornissen. Van 36 patiën-ten – 29 gebeten door een posi-tieve teek en de overigen door een negatieve – werd tevens met hun goedkeuring bloed afgeno-men.

Antibiotica

Geen van de 146 patiënten meld-de tijdens de interviews een ery-thema migrans. Slechts enkelen lieten weten dat ze gedurende de eerste maanden na de beet last hadden gehad van koorts, ver-moeidheid, zweten en spierpijn. De bloedonderzoeken toonden aan dat van dit groepje één pati-ent ook daadwerkelijk de Ziekte van Lyme had, waarop een behan-deling met antibiotica volgde. Het bloedmonster van deze patiënt was overigens het enige positieve bloedmonster in het onderzoek. Opvallend was bovendien dat bij deze persoon de besmette teek langer dan 24 uur op de huid had gezeten. De onderzoekers concludeerden dat de kans op het krijgen van de Ziekte van Lyme na een beet van een teek relatief klein is (0,7%). Ze benadrukken dat dit in ieder geval geldt voor Ameland, maar ze verwachten dat elders in het land de situatie niet veel anders is. Hun bevindingen, zo laten ze weten, onderstrepen het belang van de richtlijn van het CBO – het kwali-teitsinstituut voor de gezond-heidszorg – waarin artsen wordt geadviseerd alleen antibiotica voor te schrijven als zich klini-sche verschijnselen voordoen van de ziekte van Lyme.

Voor meer informatie kunt u terecht bij Jac Jacobs, huisarts in Ballum, telefoon 0519-554175, e-mail: ha.jacobs@knid.nl

Scroll naar boven