de Buurvrouw 2019-4

‘Zo’, zegt buurvrouw, ‘de laatste keer geloof ik.’ ‘Gelukkig’, zegt Watze, ‘kunnen we eindelijk weer gewoon over van alles praten, zonder het risico dat hij het in De Amelander zet. En inderdaad beste lezers dit is de laatste aflevering van ‘De Buurvrouw’, na ongeveer zeventien jaar. Waar blijft de tijd, ik kan me bijna niet voorstellen dat het al weer zeventien jaar geleden is dat ik de eerste aflevering schreef. Ik had ook niet verwacht dat het er zoveel zouden worden. Maar de tijd gaat snel en voor je het weet heb je zo’n 150 afleveringen geschreven. Nu is het niet zo dat er niets meer te vertellen is. Bijna iedere dag gebeurt er immers wel iets waar je een verhaal over kunt schrijven. Maar ik vind zelf dat het tijd is om hiermee te stoppen in de zekerheid dat iemand dit gaat overnemen. Het zal dan vrijwel zeker iets heel anders zijn dan u van mij gewend was.

Ik hoop dat jullie zo af en toe mijn verhaaltjes met plezier hebben gelezen. Soms was het actueel, soms zo maar iets uit het leven of iets dat toevallig in mij opkwam. Een krantenkop of krantenartikel, een tv-programma, een gebeurtenis op het eiland of in het dorp, ach er was altijd wel iets om over te schrijven.

Zo’n laatste keer is toch moeilijker dan ik had gedacht. Probeer ik er nog iets van te maken of laat ik het maar gewoon gebeuren. Misschien kan ik beter afsluiten met gewoon maar wat dagelijkse dingen. Zoals een kleindochter die op school godsdienstles heeft gehad en nu wel in Jezus geloofd maar niet in God, want Jezus heeft echt geleefd en van God weet je dat niet. Een kleindochter die op Goede Vrijdag meent dat het laatste avondmaal deze avond wel uit patat of pannenkoeken kan bestaan.

Laatst speelden de twee kleindochters samen. De oudste was in het bezit van een manege en wilde aan de jongste een pony verkopen. De vraagprijs was niet al te hoog: vijf euro. Maar dat vond de jongste toch te duur. De vraagprijs zakte vervolgens naar vier euro. Maar de jongste was standvastig en vastberaden: ‘Ik koop niets want ik wil rijk blijven!’

Of zoals ze laatst naar binnen liep met het oude hondje van onze dochter achter zich aan. Het beestje is veertien jaar oud, bijna geheel doof en blind maar ruikt nog wel een snoepje en loopt dan gedwee mee. ‘Kijk’, zei ze, ‘doof en blind, maar geen stap verkeerd!’

Of dat moment dat je aan de jongste vraagt wat ze wil eten, waarop ze zegt dat ze eerst even in haar hoofd wil kijken. Je krijgt de vraag of er ook chocolademelk op het menu staat. Misschien willen ze deze keer wel ‘chinees’ eten met ‘kroekkoek’. Popcorn is ‘Kopkorn’ en je hebt een ‘touwspring’ nodig of een ‘hangstok’ voor je jas. Ze hebben bijna een vlieg in hun oog gekregen maar deden gelukkig hun ‘oogklep’ net op tijd dicht. Ze zijn snotmoe, hebben oorsnot of zijn zweetheet en God zal wel bestaan omdat heel veel mensen zeggen ‘Oh, God’. Opa is gestikt wanneer hij zich een keer heeft verslikt, je hebt je lip door de mond, kunt een ‘herriewang’ hebben, een zere poot of je eet een ‘sienderijn’.

Een kleinzoon zegt dat het morgen ‘bootwateren’ (Hemelvaartsdag) is en dat op de begraafplaats dodenplaten staan. Ook is de ‘achterop’ van zijn fiets stuk en wil hij graag kaas met de ‘skrabber’ (rasp), er loopt een ‘oorbijter’ en als hij ziek is heeft hij ‘hoogtekoorts’.

Misschien heb ik sommige uitspraken wel eerder aangehaald maar ik vond het leuk om u deze laatste keer gewoon maar te vermaken met wat leuke dingen. Er is immers al ellende en narigheid genoeg in de wereld. Zoek het geluk maar wat dichter bij huis en geniet van de dagelijkse dingen, het is allemaal voorbij voordat je het in de gaten hebt. Oh ja, jullie krijgen ook nog voor het laatst de hartelijke groeten van Watze en de buurvrouw.

Jan J. de Vries

Laat een reactie achter

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Scroll naar boven